Roadtrippen in Portugal

Met een auto onder je billen de kust van Portugal afrijden. Om even uit mijn drukke leven in Scheveningen te ontsnappen; er is niets mooier dan dat. In die kleine baaien met indrukwekkende rotsen en kliffen, met die verse vis en grote caipirinha’s voel ik me vrij. Daar kom ik tot rust en geniet ik van al het moois dat de kust rondom Lissabon te bieden heeft.

Voor de woeste golven, de prachtige natuur en de leuke mensen ging ik vorig jaar alweer voor de derde keer dit jaar naar Portugal. De verse vis, de Latijnse muziek en de zonnige stranden; ik kon er geen genoeg van krijgen. Met het populaire vissersdorp Ericeira als uitvalbasis maakte ik samen met mijn vrienden een ‘roadtrip’ langs de Portugese kust. Van de deftige villa’s in Cascais tot de smalle steegjes van Afalma (een volkswijk in Lissabon); van de statige kastelen in Sintra tot het wilde strand van Guincho; en van de leuke boten in de haven van Ericeira tot de lelijke flats in Peniche. Op zoek naar de mooie golven om op te surfen en het echte Portugese leven gingen wij overal langs.

Portugal is leuker dan Frankrijk

Waarom zou je naar Portugal gaan als je ook naar Frankrijk kan, denken veel mensen. Frankrijk is lekker dichtbij; daar kun je met de auto in een dag heen rijden en ze hebben er van dat knapperige stokbrood met kaas. Nee, mis. Portugal is tien keer leuker dan Frankrijk. De mensen zijn er open en kijken niet zo chagrijnig als hun Franse collega’s. Door de zuidelijke ligging is het er lekker warm, de zon schijnt veel en toch is het in de omgeving van Lissabon erg groen. De grasvlaktes wisselen ze zich af met prachtige rotspartijen en indrukwekkende kliffen. De natuur is er prachtig. En als je daar op een terras neerploft en een drankje wil bestellen, dan betaal je je niet blauw. Sterker nog, op sommige plekken is het spotgoedkoop. In de kleinere dorpen kost een bakkie koffie slechts zeventig eurocent en een kop thee een euro. Dat hoef je bij zo’n deftige Franse ober niet te proberen.


 Op zoek naar Ericeira

Na een zware nacht in Lissabon (met een Portugese vriend Antonio Oliveira was ik om één uur ’s nachts nog naar de film geweest) wilde ik de volgende ochtend niets liever dan surfen. Mijn drang naar het zoute water was zo enorm, dat ik mijn kater negeerde, mijn vrienden de autosleutels ontfutselde en in de auto stapte. Op naar Praia Grande, het enorme strand, dat vlakbij de schilderachtige plaats Sintra gelegen was. Die enorme kastelen van Sintra zou ik later wel bekijken, ik wilde nu eerst een duik in zee. Bij Praia Grande was de zee echter niet mooi. De hoge golven sloegen recht op de kust, het water was wild en hier wilde ik er niet in. Ericeira, zei een lokale surfer, daar moet je heen.

Zonder een kaart en zonder een tomtom (jaja, dat is mogelijk) was het echter wel een avontuur om die bekende badplaats te vinden. Rijd eerst naar Azenhas do Mar, dan naar São João das Lampas en dan kom je via Carvoeira in Ericeira zo werd mij door een oud opaatje uitgelegd. Bij de eerste bocht reed ik natuurlijk verkeerd, maar uiteindelijk kwam ik na nog drie keer vragen en een hoop omwegen wel in Ericeira (dat zo’n 45 minuten rijden van Lissabon vandaag ligt) terecht. En dat ik dan een paar keer om was gereden, dat maakte me verder niet zoveel uit. De weg er naar toe, met al die kleine dorpen en groene vlaktes, was prachtig. En mijn eindbestemming al helemaal.


De baai Ribeira d’Ilhas

Een baai, een zandstrand omgeven door reusachtige, imponerende kliffen, waar de hoge golven tegen aan knallen. Mijn favoriet plek in Ericeira is Ribeira d’Ilhas. Natuurlijk, de golven zijn er mooi en je kunt er goed surfen. Maar dat is niet het belangrijkste. De puurheid van de natuur, de geweld van het water en het prachtige uitzicht. Dat maakt deze baai zo bijzonder. De rivier die er door heen stroomt, de hoge kliffen en het witte zandstrand, waar je als je via een wenteltrap omhoog klautert, op uitkijkt. Dat maakt het een fantastische plek om te zonnen, om van de natuur te genieten en natuurlijk om te surfen.

,,Voor mijn sportcarrière ben ik de hele wereld over gereisd,’’ vertelt de goedlachse eigenaresse van het Chill In Ericeira Surfhouse. ,,Hawaï, Zuid-Afrika, Tahiti. Overal ben ik geweest. Maar voor mij is er niets zo mooi als Ericeira. Al sinds mijn geboorte kwam ik hier vier maanden per jaar om te logeren bij mijn oma, die hier een huis had. Ik ben verliefd op dit kleine vissersdorp, waar de mensen nog simpel en eerlijk zijn. Hier kun je een vredig leven leiden zonder de drukte en al het verkeer van de grote stad. Het weer is er goed, de natuur is geweldig en als ik dan toch behoefte heb om naar een theater of bioscoop te gaan, dan pak ik mijn auto en dan ben ik binnen 45 minuten in Lissabon.’’ Ze is dol op het goede eten van de kleine visrestaurants en ze geniet van de warme lokale gemeenschap.

Maar laten we eerlijk zijn Joana Rocha, een grote Portugese surfster, is maar voor één ding echt naar Ericeira verhuisd en dat zijn de golven. Met de grote baaien, het kleine zandstrand en enorm veel rotsen is het dorp een grote speelplaats voor de golfsurfers. Het is niet voor niets uitgeroepen tot een ‘nationaal surfreservaat’, dat behouden moet worden. Rocha en haar maten halen de grootste capriolen uit op de woeste golven en vermaken zich er prima.


Peniche

Een uur rijden van Ericeira ligt nog zo’n schattig, maar soms ook grimmig dorp, genaamd Peniche. Het heeft een leuke haven, dat gebouwd is op een schiereiland. Je kunt er heerlijk verdwalen in die kleine straten, maar je moet er ook oppassen, want niet elke buurt is even veilig. ,,Ik houd niet zo van Peniche,’’ zegt Jorge Dias, eigenaar van het Ericeira Sea Sound Guesthouse. ,,De mensen zijn er minder aardig dan bij ons. En je moet er op je spullen letten, want er zijn daar al aardig wat auto’s open gebroken.’’

Toch blijft Peniche een populaire vakantiebestemming onder Nederlanders en Engelsen, die in de baai van Baleal hun surflessen volgen en van de zon genieten. Baleal heeft een prachtig zandstrand, waar de golven rustig naar binnen rollen. Het is ideaal om te leren surfen en als je aan het einde van de middag moe en voldaan het water uitstapt, dan kun je nog even lekker nagenieten in de lokale strandbarretjes. Het eten en drinken kost er niets en ze hebben er nog gratis internet ook. Op de parkeerplaats achter het strand staat het vol met volkswagenbusjes en andere campers van toeristen, die daar hun kamp op hebben geslagen. Er heerst nog een echte hippiecultuur, die je in de rest van Europa (mede door de strenge regels) bijna niet meer kunt vinden.


Lissabon

Lissabon, de hoofdstad van Portugal, gebouwd op de oevers van de Taag, een grote rivier die dwars door het centrum van de stad heen kronkelt. Je kunt en wilt er niet om heen. Antonio Oliveira, een arts van het lokale ziekenhuis, liet mij de pracht en praal van deze stad zien. Als een echte gids loodste hij mij door de kleine straten van Afalma, de volkswijk, heen en liet mij de beste plekjes van de stad zien. Over de befaamde trambaan (met een oude historische tram) klommen wij langs een oude kathedraal (de bekendste en oudste van Lissabon) omhoog en kregen het ene na het andere prachtige uitzicht te zien. We dronken sangria op een terras met een geweldig uitzicht op de Taag, de Ponte (brug) 25 de Abril en het grote beeld van Christus Rei.

Het leek alsof ik vanaf dat punt de hele stad had gezien, maar dat was niet zo. Want na een half uur lang ploeteren omhoog kregen we een nog beter beeld van de ‘skyline’ van Lissabon te zien. ,,Kijk, in dat ziekenhuis werk ik,’’ vertelde Antonio, terwijl we met de ondergaande zon over de stad heen keken. ,,Daar aan de overkant van de rivier vind je Caparica, het zuidelijke gedeelte van de stad. En daar ligt Praça de Comércio, het grote plein aan de Taag, waar vroeger (voordat Portugal in 1910 een republiek werd, red) de koning woonde.’’

Terwijl hij van alles over de stad vertelde, verdween ik bijna in de grote bruine ogen van deze knappe Portugees, die ook nog dokter was. Zou ik dan toch naar Portugal verhuizen? Toen we even later op de hoogste (vijfentwintigste) etage van het Sheratonhotel stonden (tip!) en echt over de hele stad heen konden kijken, wist ik het zeker. Lissabon is mooier dan Parijs en leuker dan Londen. In deze stad, met al die oude wijken, met die grote rivier en de oceaan op een steenworp afstand, zou ik oud willen worden.

Surfcamp Portugal

 

De surfsessie van Hanne Keijzer

Hanne Keijzer (29) heeft een prachtig blog geschreven over haar surfsessie in Scheveningen. Lees haar verhaal en geniet mee met de golven van deze Haarlemse surfster!

De zon brandt op mijn huid terwijl er weer een paar mooie lijnen binnenkomen. Ze bouwen alsmaar mooier op tot ik mijn kans zie en begin te peddelen. Ik heb hem en voel een intense stroom met energie door me heen gaan als ik de golf afglijd. Wanneer ik terug peddel, realiseer ik eigenlijk pas weer waar ik ben. Ik ben op de plek die mij intens gelukkig maakt. Tussen de golven in de Noordzee, tussen mensen die dezelfde passie delen.

De sessie verloopt relaxed. Ik weet de ene na de andere golf te pakken en voel weer hoe belangrijk dit voor me is en hoeveel ik eigenlijk geleerd heb in de afgelopen winter tijdens de surfsessies met Klaas en tijdens de twee vakanties in Portugal.

Het is vreemd om te beseffen dat iets waar je eigenlijk de energie voor lijkt te missen, je toch zoveel energie teruggeeft. Het duurt dan ook niet lang voordat ik met een enorme glimlach op mijn gezicht zit die er de komende uren niet meer vanaf gaat. Even vergeet ik wat me de afgelopen tijd in de greep hield en hoeveel energie mij dit gekost heeft. Stoked tot op het bot kijk ik om me heen. De sfeer is gemoedelijk. Surfers maken een praatje met elkaar en lachen samen.

De watertemperatuur is momenteel weer zo ver omhoog gegaan dat handschoenen overbodig zijn. Het voelt intens fijn hoe mijn hand door het zilte zeewater glijdt en me steeds meer vaart geeft. Er peddelen nog twee andere surfers met me mee voor deze golf, maar uiteindelijk ben ik degene die op de juiste plek ligt. Met een zelfverzekerd gevoel sta ik op en verplaats mijn voeten lichtelijk om net wat meer push op het board te geven. Dan snijdt mijn board in de golf om een prachtige rit down the line te maken. Ik geniet. Aan het einde van de rit laat ik me achterover in het water vallen en blijf even liggen om naar de blauwe lucht te kijken.

Na nog een paar golfjes zie ik Lau en Emma bij het strand. Tijd voor de laatste golf van vandaag. Ik heb hem sneller dat ik had verwacht en wanneer de golf weer inzakt laat ik me weer op mijn board zakken zodat ik met een volgende golf meegenomen kan worden naar het strand.

Alle drie hebben we van de sessie genoten. Ieder heeft de sessie weer op een andere manier ervaren. We lachen, praten en stralen.

Na het omkleden drinken we nog wat bij Aloha en genieten we van een pizza die we samen delen. Ik prijs me gelukkig met vrienden zoals Emma en Lau en ik ben hen dan ook onwijs dankbaar voor deze zonovergoten middag die me weer een stukje dichter bij mezelf heeft terug gebracht.

Lees meer van haar verhalen op: http://spelenmetdegolven.blogspot.nl/

surfvakantie marokko

Surftrip Marokko: Langs de grillige kustlijn op zoek naar pareltjes van spots

door: Gabi Abbas

Als we over de Marokkaanse lappendeken heen vliegen, is onze surfreis echt begonnen. Alle tinten rood en terra cotta schieten onder me door, afgewisseld met besneeuwde bergtoppen. Marokko. Na twee missies voor Artsen Zonder Grenzen te hebben gewerkt, waarvan negen maanden op een Pakistaanse hoogvlakte en daarna twee maanden in het Congolese regenwoud voelde ik een sterke behoefte om terug naar de natuur te gaan. Fysiek en sportief bezig zijn in de oceaan. De vrijheid die je voelt op je surfplankje in die grote oceaan is overweldigend; je voelt je nietig en tegelijk ook on top of the world!

De eerste paar dagen verbleven we in het Solid Surfhouse, waar we in de watten werden gelegd met surflessen, lekker eten en een luxe huis met wifi. Na een dag gaan die warme soep, geurige olijven en dat Marokkaanse brood zo naar binnen. Op en top luxe, maar na een paar intensieve dagen ‘surfcamp’ zijn we klaar voor het echte werk. Op naar het avontuur!

We halen onze huurauto op, rijden de kust af en laten ons leiden de golven.  Na veel gedoe met een creditcard en een gaar machinetje krijgen we eindelijk een roze Twingo mee. Het feest kan beginnen!

De twee surfboards passen er net in als de vinnen eraf geschroefd zijn. Off we go! Een uurtje later komen we precies voor het donker aan in Mirleft, een rustig dorpje met een kleine souk. Denk je daar even ongemerkt te kunnen rondrijden in je roze Twingo, vergeet het maar. We worden direct gespot door een jongen op een brommertje die ons een appartementje aanbiedt voor de nacht. Gelukkig is het een heel goedkoop appartement met Marokkaanse banken met zachte kussen waar je zo in weg zakt.

Sidi Ifni

Na wat navragen bij de lokale surfers rijden we naar een nieuwe surfspot: de haven van Sidi Ifni. Sidni Ifni is een klein vissersdorpje, dat voorheen deel uitmaakte van de Spaanse kolonie en dus Spaans grondgebied was. Dit plekje achter de haven schijnt je mooi bescherming van de wind en van de metershoge golven te bieden. We hebben geen kaart, maar toch is alles prima te vinden in deze regio. Er slingert één weg door het ruige landschap waar je af en toe iemand met een ezeltje tegenkomt of een camper met pensionado’s.

Ten zuiden van de haven slaan we dus het eerste onverharde weggetje richting de kust maar in. Wanneer er teveel kuilen in de weg zitten besluiten we dat onze Twingo toch net geen 4×4 is, vast zitten in de modderige wegen in Congo zit me nog te vers in het geheugen, en trekken we onze wetsuits aan en wandelen verder naar de zee. Er ligt niemand in het water, maar er zit een man met een transistorradiootje naar de zee te staren. Hij wijst de plek aan waar meestal gesurft wordt en waar we beter niet in kunnen gaan. En voorzichtig peddelen we het ruime sop in. De golven zijn prachtig clean, maar helaas net niet heel krachtig, dus ik pak maar anderhalve golf. De ervaring om zo’n afgelegen parel van een surfspot te ontdekken was echter het dubbel en dwars waard!

Elke dag twee fikse surfsessies wordt op den duur wel pittig en we gaan deze middag eens Sidi Ifni bezoeken en op zoek naar een hammam om op zijn Marokkaans te badderen. Onderweg zien we een ouder echtpaar langs de kant van de weg staan liften. Ze hadden een dagje aan het strand gepicknickt en stappen graag achterin de Twingo.  De vrouw draagt een rode hoofddoek met gouden stiksels en sieraden en zij weet precies waar de beste hammam voor vrouwen in Sidi Ifni te vinden is. Dus stappen we even later een warm dampende ruimte in. De hammamvrouw biedt ons direct zeep en massage aan die we natuurlijk niet kunnen weigeren. Terwijl Natasha flink wordt gescrubd, omgekeerd, weer gescrubd, haren gewassen en nat geplensd kijk ik naar de bedrijvigheid in het badhuis. Vrouwen van alle leeftijden zitten kletsend en zepend en lachend op meegebrachte matjes. Het vullen van emmertjes water bij het kraantje is ook een heel systeem, waar ik gauw mijn emmertje bij zet. En help ik een meisje van een jaar of vijf om haar emmer te tillen, die veel te zwaar is voor haar. Wat heerlijk om op een sociale vrouwenplek te zijn in een land waar het op straat toch meer een mannenwereld is. Als we weer buiten staan zijn we 3 tinten lichter gescrubd!

Legzira en Tifnit

We logeren 2 nachtjes in Legzira, een plek met vijf permanente inwoners die op een steile rotswand wonen en vuurtjes bouwen op het strand. Overdag komt er een surfschool uit Sidi Ifni, en we ontmoeten een paar Fransen die de enorme golven achterin trotseren. Met veel moeite peddelen we daar ook heen, maar zoveel natuurgeweld daar ben ik nog niet tegen opgewassen, hier en daar durf ik een golf te pakken, maar meestal eindigt het in een woeste schuimrit naar de kust.

Op de tweede morgen is Legzira weer gehuld in mist, de dramatische rotspartijen zijn nauwelijks te zien maar we horen de zee van dichtbij brullen als we onze deur om kwart over zeven op doen. Dit is de tweede ochtend dat het zo mistig is en we besluiten halsoverkop om naar het noorden te vertrekken. Vlug stoppen we klamme kleding en de nog druipende wetsuits in de tas en binden een board op het dak en de andere twee in de auto. Met sultans of swing van Eric Clapton uit de speakers rijden we door ontwakende dorpjes waar mannen gekleed in gewaad en een rond hoofddeksel met elkaar praten of op de drempel zitten van de gekleurde huizen langs de weg. Een gesluierde vrouw zit op haar ezeltje die aan weerszijden bepakt is met grote manden vol met kruiden.

Onderweg stoppen we even in Tifnit, een idyllische surfspot met blauwe bootjes, huisjes pal aan zee met zanderige paadjes ertussen. Een kameel die een dutje doet op het strand. Helaas geen surfbare golven hier, dus we rijden weer verder.

Imsouane

Glinsterend rollen de gladde golven de baai in, ze beginnen te breken bij de pier waar dorpelingen toekijken en een praatje met elkaar maken. Hier wordt ook de vis binnen gehaald om in de markthal te verkopen. In het haventje liggen de blauwe houten bootjes voor de visserij waar we met onze longboards voorzichtig langs laveren. Bij laagtij kunnen we heel relaxed de zee in bij de pier. Hier helpt de stroming ons een handje om naar buiten te peddelen. Ik laat de grootste golven een beetje links liggen en ga nu echt voor de ongebroken golfjes met mijn 9.2ft. En hier behaal ik met glans mijn doelstelling van deze week: rechtsaf de golf afrijden en ongebroken golven pakken. Ik kan er geen genoeg van krijgen. Superstoked!

 

 

Noami Bergers: een surfster uit Twente

Als je in Overijssel woont, dan is surfen geen vanzelfsprekendheid. Toch legt Noami Bergers (28)  uit Enschede wekelijks vele kilometers af om haar favoriete sport te kunnen beoefenen. Zo’n twee tot drie uur zit ze in de auto om naar Bloemendaal of Scheveningen te rijden. Het is hoog tijd om deze fanatiekeling eens aan de tand te voelen.

Waar ga jij meestal surfen?

,,Ik ga meestal surfen in  Bloemendaal of Zandvoort. Omdat ik in het oosten van het land woon, kost het me een hoop tijd en geld. Ik moet een pokkenend reizen en toch probeer ik zoveel mogelijk te gaan. Ik heb nu mijn arm gebroken, dus nu kan ik even niet. Maar vorige zomer ben ik zes weekenden naar zee afgereisd. Ik ben nog een beginnende surfer, maar ik vind het geweldig om te doen.’’

Wat doet het surfen mentaal met je?

,,Als ik surf, dan ben ik mezelf. Ik word er kalm en rustig van. Fysiek is het best een uitdaging, maar dat vind ik juist gaaf. Het is de eerste sport, die ik niet meteen kon, maar wel bleef proberen. Ik geef niet op. Sinds mijn eerste surfvakantie in Mimizan staat mijn leven in het teken van surfen. Ook als ik niet kan surfen, dan ga ik zelf trainen in de sportschool in Enschede, kijk ik naar wedstrijden en lees ik surfbladen als de Six. Ik ben gewoon stoked!

Waar heb je deze gave watersport geleerd?

,,Twee jaar geleden ben ik voor het eerst op surfvakantie geweest naar Mimizan. Ik was eigenlijk iets te oud voor dat surfcamp, maar ik vond het surfen wel gelijk leuk. Ik voelde me thuis in die surf community. Die Franse golven zijn wel gemakkelijker dan in Nederland. Ze zijn hoger, maar gemakkelijker om te pakken. Met die rommelige, Nederlandse klotsbak heb ik soms moeite.

Bij ons in het Oosten doen de mensen niet echt aan golfsurfen. We hebben geen zee he. Daarom ben ik naar Mimizan gegaan. We waren een beetje de oma’s van het camp (het was een 18+ camp) en toch vond ik het daar geweldig.  Die surfcultuur is zo relaxt. Ik kreeg meteen een biertje in mijn handen gedouwd en ging mee in de crowd. Alles kon; alles mocht. Er wordt gewoon gevraagd of je mee wilt spelen. En dat is fijn!’’

Vind je surfen lastig?

,,Ik ben iemand die alles het liefst gelijk kan en dan kan met surfen niet. Je moet veel geduld hebben en in balans zijn. Als ik druk ben in mijn hoofd, vind ik dat lastig. In Enschede werk ik in een sportschool, dus als ik het water niet op kan, dan train ik voor het surfen. Dan doe ik wat core stability en andere krachtoefeningen.’’

Heb je nog tips voor surfers om hun sport buiten het water te onderhouden?

,,Ik doe veel balansoefeningen met zo’n halve (bosu) bal en ik train mijn schouders en mijn armen. Ik doe aan yoga en ik wil het zwemmen weer oppakken. Je kunt een stukje peddelen of borstcrawlen. Mijn arm is net uit het gips, dus ik ga nu mijn conditie weer opbouwen. Een stukje hardlopen of squats doen. Ik wil gewoon fit zijn!’’

Wat zoek jij in een surfvakantie?

,, Als ik op surftrip ga, dan ga ik echt voor het surfen. Het liefst naar een klein sfeervol camp, waarbij het echt om het surfen draait. Ik hoef niet de hele week te feesten of me klem te zuipen, maar ik vind het wel leuk om nieuwe mensen te leren kennen. Het is leuk om verschillende strandjes op te zoeken en de omgeving te verkennen. Elke golf, elke baai is weer anders en het is een mooie uitdaging om daar mee om te gaan!’’

Waar droom je nog van?

,,Ik wil goed leren surfen. Als ik een bochtje kan maken, dan ben ik al heel blij. Ik surf niet frequent genoeg om het echt onder de knie te krijgen. Om beter te leren surfen doe ik ook andere dingen als longboarden en flowboarden. Maar ik wil nu eerst echt leren surfen en daarom wil ik misschien naar het strand verhuizen. Ik zou wel dichter in de buurt van het strand willen wonen; daar voel ik me relaxt. Ik krijg nu al vlinders als ik daarover praat.’’

Ga mee op surfsafari naar Portugal en leer surfen op de golven van Ericeira! En verbeter jouw surfen met de surfcamps van Tasha’s Surfcamp in Scheveningen

Oog in oog met een Limburgse surfdude: Tey Bontemps

Tey Bontemps (30) is een surfende barman uit Maastricht, die van Limburgse speciaal biertjes houdt. Hij woont nu in Scheveningen en organiseert ook het MadNes festival, dat op Ameland plaatsvindt.

Tey, waarom vind je surfen leuk?

,,Ik ben een sportman. Surfen is één van de weinige sporten waarbij ik mijn verstand op nul kan zetten. Het draait alleen maar om mij en de moeder natuur en de rest van de wereld gaat langs me heen. Als ik het in water lig, ben ik met niets anders meer bezig.’’

Waar ben je begonnen met surfen?

,,In 2008 werkte ik als reisleider bij Breakloose in Mimizan, Frankrijk. Ik vond het surfen meteen leuk en was gelijk verslingerd aan de sport. Ik ging alleen maar met surfleraren het water in en leerde snel bij. Als ik tijd had, dan lag ik in zee. Zo gaat het hard.’’

Vond je het moeilijk?

,,Het begin is altijd lastig. Ik had de basis zoals het opstaan en het schuim surfen echter vrij snel onder knie. Daarna lag ik achterin bij de grotere, ongebroken golven en dat was veel oefenen. In Mimizan kon ik de verschillende boards mooi uittesten en een beetje uitvinden wat ik fijn vond om op te surfen. Van de mensen om me heen kreeg ik veel tips, dus dat was een voordeel.’’

Van wie heb jij het surfen geleerd?

,,Van Mark, onze surfleraar met dreads. Wij hadden een goede klik en hij heeft me veel tips gegeven. Hij is een surfleraar in hart en nieren en gaf me continu les. Door zijn enthousiasme raakte ik echt getriggerd. Als ik een golf pakte, dan ging hij helemaal uit zijn dak. Dat is hartstikke leuk. En als het dan lukt, dan raak je helemaal obsessed. Als ik een goede golf pak, dan kan ik daar twee dagen op teren. Dat gevoel heb ik bij geen enkele andere sport.’’

Wat is jouw favoriete surfspot?

,,Ik vind Baleal in Peniche heel gaaf. Als het aan de ene kant van de baai druk is, dan loop je gewoon naar de andere kant van de baai. Daar waren ook mooie golven, die wat rustiger braken en gemakkelijk waren om te rijden. In Portugal zijn zoveel verschillende surfspots, met zoveel verschillende baaitjes en stranden. Er is altijd wel een golf waar je op terecht kan. Dat maakt het gaaf om daar te zijn. Die Portugezen zijn bovendien aardige lui waar je relaxt mee om kunt gaan.’’

Waar droom je nog van?

,,Ik wil gewoon leuke surftrips maken en lekker veel in het water zijn. Op zoek naar leuke plekjes met golven. Ik ben net van Maastricht naar Scheveningen verhuisd omdat ik vaker in het water wil liggen. Ik wil meer surfen en dichterbij de zee zijn. Ik voel me relaxt als ik bij zee ben. Verder wil ik nog een keer naar Marokko toe. Het lijkt me gaaf om daar te surfen.’’

Hoe ziet een ideale surfvakantie er volgens jou uit?

,,Ik vind het wel prettig als ik een vast stekkie heb waar mijn spullen liggen. Of het dan een tent of een grote villa is, dat maakt me niet uit. Dan gaan we lekker de golven checken, springen we in de auto en op zoek naar een spot die loopt. Daar gaan we lekker surfen en een beetje hangen. Ik wil op zoek gaan naar golven en de niet de hele week op één plek zitten. Ik rijd liever rond zoals we met Tasha’s Surfcamp in Portugal deden, dan dat ik de hele week op dezelfde plek zit. Ik vind het gaaf om wat van het land te zien en de verschillende surfspots te bekijken. Dan vermaak ik me prima.’’